donderdag 24 december 2009

Het radio interview

Veel radio-interviews worden gehouden via de telefoon. Je wordt gebeld en iemand vertelt je dat je zometeen in de uitzending bent voor commentaar. Let op, je hoeft je nergens toe te laten dwingen. Geef bij voorkeur aan dat je een kort voorgesprek wilt, waarin je nagaat wat er wordt gevraagd, voor welk programma het is en of er meerdere mensen worden geinterviewd. Op je eigen stem rust auteursrecht, wil je niet dat jouw uitspraken in de uitzending worden gebruikt, zeg dat dan nadrukkelijk. Wanneer je een telefonisch interview geeft, ontvang je van de regisseur aanwijzingen over het moment dat je in de uitzending bent.

De algemene interview tips gelden ook voor de radio: focus, neem en houd de regie, denk aan je uitstraling en de manier waarop je dingen verwoord. Bij radio draait alles om de stem, probeer dan ook zo veel mogelijk te varieren. Wanneer je gespannen bent, is het gebruik van een spiekbriefje een prettig hulpmiddel.

Een radio-interview duurt vaak maar een minuut of 3 a 4. In de spitsuren is dat zelfs nog korter. Houd daarom de antwoorden kort, concreet en eenvoudig. Wanneer je erin slaagt om korte statements te maken, zullen die meestal in de uren na de uitzending in de nieuwsbulletins nog eens te horen zijn. Statements zijn gemakkelijk te monteren.

Hoe zorg je ervoor dat bij zo’n montage toch de dingen die jij belangrijk vindt in de uitzending komen? De truc is om de kernboodschap van elk antwoord aan het begin van de zin te plaatsen, zodat bij het wegknippen van tekst de kernboodschap in elk geval in tact blijft.

vrijdag 4 december 2009

De media en omgaan met lastige vragen

Ga nooit in discussie met een interviewer, maar zorg dat je in je eigen antwoord voorbarige conclusies of verkeerde opvattingen rechtzet. Het komt niet goed over als je een vraag totaal negeert of een antwoord geeft dat niet ingaat op de vraag. De interviewer zal de vraag gewoon opnieuw stellen. Hou je antwoorden kort, het liefst zo’n 30 seconden. Een gemiddeld antwoord bestaat dan uit maximaal 4 zinnen. Hou na het geven van je antwoord je mond, het is de taak van de interviewer om stiltes te doorbreken en een nieuwe vraag te stellen. Bedenk van te voren een aantal vragen van het type “lastig” en bereid een passend antwoord voor.

Mogelijke antwoorden op 4 soorten lastige vragen:

Suggestieve vragen hebben vaak een negatief element en beginnen met “vindt u ook niet dat..”. Herhaal de vraag niet maar zet een stevige ontkenning neer “ik ben het daar niet mee eens” en geef kort jouw mening.

Gesloten vragen
kun je alleen met ‘ja’ of ‘nee’ beantwoorden. Wees alert op dit soort vragen en laat je niet dwingen tot een ja of nee. Een mooie start voor een antwoord is “was het antwoord maar zo eenvoudig, ….”.


Hypothetische vragen beginnen vaak met “stel dat….”. Het enige juiste antwoord op zo’n vraag is “ik vind het zinloos om in te gaan op hypothetische gevallen, die situatie is nu niet aan de orde”.

Persoonlijke vragen
in de trant van “wat vindt u er persoonlijk van?” beantwoord je niet. Geef gewoon aan dat jouw persoonlijke mening er in dit geval niet toe doet.


Een vraag waarin een mening van de interviewer doorklinkt, maar die op zich juist is, kun je herhalen maar de sterke woorden erin afzwakken. Een andere methode is het gebruik van de U-bocht door te reageren met “zo kunt u er ook tegenaan kijken, maar…”.